top of page

Leven met een psychisch zieke ouder

HET SPANNINGSVELD RONDOM 'KOPP'

 

Inleiding

 

In België en Nederland lijdt een grote groep mensen aan een psychische stoornis en honderdduizenden van hen voedt een kind op. Een deel van die ouders zijn ondanks hun beperkingen in staat het kind een fijne jeugd te bezorgen. Daar mogen geen misverstanden over bestaan. Een grote groep kinderen van wie een ouder aan een psychische stoornis lijdt, groeien uit tot gezonde en gelukkige volwassenen die veel geleerd hebben van de gezinsomstandigheden. Een even zo groot aantal krijgt echter zelf psychische problemen, zo blijkt uit onderzoek. Velen geven aan onder zeer moeilijke omstandigheden te zijn opgegroeid. Daar mogen we onze ogen niet voor sluiten. En dat doen we gelukkig wereldwijd ook niet meer.

 

Door veel onderzoek en ervaringsverhalen weten we steeds meer over de impact op gezinnen en in het bijzonder op het kind. Deze kennis is vooral nodig om preventief te werk te kunnen gaan. Waar mogelijk moeten we voorkomen dat het leven van gezinnen volkomen ontwricht wordt door een psychisch ziekte bij een van de ouders. De kinderen hebben het nodig dat er naar hen omgekeken wordt door familie, een hulpverlener, leraren en andere betrokkenen. Zij en hun ouders hebben het nodig dat er informatie wordt verschaft, een helpende hand wordt uitgestoken, dat er zo nodig een oogje in het zeil wordt gehouden of dat er wordt ingegrepen als dat in het belang is van het kind. Maar dit alles impliceert geenszins dat een psychisch zieke ouder geen goede ouder kan zijn! De meeste kinderen houden van hun zieke ouder, maar houden niet van zijn of haar ziekte! En laten we ook waken voor het stigmatiseren van de kinderen zelf. Zij hebben er niets aan om bij voorbaat al als zielenpiet of risicogeval te worden beschouwd.

 

 

De term kopp en kopper

 

Gemakshalve wordt hier de afkorting 'kopper' gebruikt als we het hebben over 'kind van een ouder met psychische problemen'. We geven toe: het is geen prettig woord. In spreektaal wordt de term kopp-kind gebruikt, maar dat is taalkundig eigenlijk onjuist. Het hanteren van een term of afkorting heeft zo zijn voor- en nadelen. De herkenbaarheid van zo'n term vergemakkelijkt vervolgens de communicatie, trekt de aandacht en maakt het onderwerp bespreekbaar. Maar niemand past in een hokje, zeker niet in een kopp-hokje. Een afkorting brengt onmiskenbaar een etiket en een zekere generalisatie met zich mee. En dat kan lastig zijn, want zoals we zullen zien zijn er veel verschillen mogelijk tussen kinderen die opgroeien bij een psychisch zieke ouder. Ook kleven er risico's aan het gebruik van zo'n term. Je kunt bijvoorbeeld in een slachtofferrol vervallen en de term kopp als een kapstok gebruiken voor alle problemen in het leven. Of erger nog, de term als diagnose gaan gebruiken.

 

'Kopp' is geen ziekte, het verwijst naar de ziekte van de ouder. Aan welke ziekte de ouder lijdt of leed, doet voor de term niet ter zake. Uit onderzoek is namelijk gebleken dat niet de aard van de ouderlijke stoornis, maar de ernst en de duur daarvan de ouderrol en het gezinsleven onder druk zet en daardoor mede beïnvloedt of het kind zelf problemen krijgt. Verder verwijst de afkorting naar een zieke vader of moeder. Hoewel sommige onderzoekers het kind van een zieke moeder kwetsbaarder achten, zijn onderzoeksresultaten niet eenduidig over de invloed van de sekse van de ouder en zijn er simpelweg meer onderzoeken uitgevoerd met zieke moeders. Over zieke moeders weten we dus meer. Het mag duidelijk zijn dat er genoeg voor- en nadelen te noemen zijn als we het hebben over de term 'kopp'. Laten we ons ervan bewust blijven als we de term hanteren, dat we net zomin kunnen verwijzen naar het kind van een ouder met psychische problemen als we kunnen spreken over de schizofreen of psychisch zieke ouder

 

 

Het kind van de alcohol- of drugsverslaafde ouder

 

Deze begeleidingstherapie gaat over kinderen van een psychisch zieke ouder. Sommigen van hen hebben een ouder met een zogenaamde dubbele diagnose en die tevens drugs- of alcohol verslaafd is. Hoewel verslavingen net zoals schizofrenie en depressies in het diagnosehandboek van psychiaters thuishoren, wordt deze koppeling met psychische problematiek niet door iedereen gemaakt. Waarschijnlijk komt dat omdat de verslaving binnen het gezin centraal komt te staan: alles draait vooral om drank of drugs. Vanwege de eigenheid van de problematiek kozen we ervoor deze begeleiding vooral te richten op het thema kopp. 

 

 

Confrontatie

 

Onderzoek toont aan dat een derde deel van de kinderen met een psychisch zieke ouder zelf geen problemen krijgt. Daarnaast krijgt een even grote groep kinderen tijdelijke (aanpassings) problemen, terwijl het overige derde deel zelf ernstige psychische problemen ontwikkelt, die overigens zeker niet altijd overeenkomen met de ouderlijke problematiek. Het gaat dan om problemen zoals schizofrenie, verslavingsproblemen en stemmingsstoornissen zoals depressies of angststoornissen. Persoonlijkheidsstoornissen (zoals borderline of obsessief-compulsief) zijn niet meegerekend, waardoor het totale aantal kinderen met een psychisch zieke ouder nog hoger ligt. 

 

Deze cijfers liegen er niet om. De verwachting is dus dat een deel van meer dan anderhalf miljoen kinderen vroeg of laat en in meer of mindere mate zelf last krijgt van psychische problemen. Deze problemen kunnen zich bijvoorbeeld uiten in leerproblemen, sociale problemen, alcohol- en drugsgebruik, criminaliteit, maar ook in depressieve en angststoornissen of persoonlijkheidsproblematiek. De ervaringen van de kopper blijken van invloed te zijn op het zelf beeld, zelfvertrouwen, het hanteren van stresssituaties en vertrouwen in andere mensen en een goede afloop, empathie en de mate van zelfstandig functioneren. Soms in positieve, soms in negatieve zin.

 

 

Beïnvloedende factoren

 

Wat kunnen we leren van de kinderen die zelf geen klachten ontwikkelen? Is er bij de groep die zelf problemen krijgt sprake van belemmerende gezinsfactoren of bepaalde persoonlijkheidskenmerken? Met deze en andere vragen houden onderzoekers en preventiewerkers in de geestelijke gezondheidszorg bezig. We werken voor het thema 'kopp' dat staat voor kinderen  van ouders met psychische problemen. Hoewel er nog veel vragen onbeantwoord zijn gebleven, zijn er inmiddels voldoende aanwijzingen om te veronderstellen dat bepaalde factoren de kans op problemen bij het kind van een psychisch zieke ouder beïnvloeden. 

 

Sommige factoren zoals het hebben van twee psychisch zieke ouders, vergroten het risico zelf ziek te worden. Andere beschermen het kind juist. De aanwezigheid van een empathische en emotioneel beschikbare gezonde ouder kan bijvoorbeeld een tekort van de andere ouder compenseren. Er wordt daarom gesproken over beschermende en risicofactoren. Hierbij geldt niet per definitie dat de afwezigheid van een beschermende factor ook meteen een risicofactor is. En, om het nog ingewikkelder te maken, gaat het bij het voorspellen van latere problematiek altijd om een combinatie van meerdere factoren die elkaar vaak onderling beïnvloeden.

 

Hoe ontstaat psychische problematiek? Dat betekent dat er altijd meerdere oorzaken aan een ziekte ten grondslag liggen. Dat geldt ook voor de ouders, maar ook voor kinderen van een psychisch zieke ouder die zelf met psychische problemen kampen. Zij hebben waarschijnlijk te maken gehad met een opeenstapeling van risicofactoren. Die risicofactoren kunnen elkaar wederzijds beïnvloeden, maar ook samengaan met zogenaamde beschermende factoren die op hun beurt negatieve effecten kunnen afzwakken, en elkaar ook weer kunnen versterken. Geen gemakkelijke kost dus. En zeker geen kwestie van een plus een is twee.

 

Wat kunnen we met deze factoren? In de complexe materie die de invloed van een psychisch zieke ouder op een kind heeft, biedt het raamwerk van beschermende en risicofactoren houvast. En inzicht. Volwassen kinderen geven vaak aan dat de factoren de impact van hun jeugd inzichtelijker maakt. Verder geven de factoren onderzoekers en preventiewerkers de kans vragen te beantwoorden. Of bijvoorbeeld aan de hand van factoren te voorspellen is welk kind het meeste risico loopt zelf problemen te krijgen. Daarnaast bieden ze perspectief. Zoals we zullen zien zijn sommige van de factoren beïnvloedbaar. Hier ligt een taak voor de preventiewerkers, betrokken hulpverleners, familie en het sociale netwerk buiten het gezien. Een belangrijke, maar niet altijd gemakkelijke taak omdat preventieve inspanningen moeilijk meetbaar zijn en soms pas zichtbaar worden op lange termijn. Natuurlijk zijn er ook factoren die nauwelijks beïnvloedbaar zijn zoals de leeftijd waarop het kind met een zieke ouder te maken krijgt. 

 

 

Doelstelling

 

In deze begeleidingstherapie laten we zien hoe je deze kinderen - ook wel aangeduid met 'koppers' (kopp=kinderen van ouders met psychische problemen) - kunt helpen hun veerkracht te behouden. Het laat zien hoe, naast de zieke en gezonde ouders, andere volwassenen een kopper tijdens zijn/haar jeugd kunnen bijstaan en er zo voor kunnen zorgen dat het kind een manier vindt om met de thuissituatie om te gaan. Het biedt volwassenen met een kopp-verleden een erkenning en waardevolle adviezen. Het gaat over veerkracht, overleven, gemis, levenslange loyaliteit, optimisme en littekens. Voor betrokkenen een bron van informatie en kennis over deze zo lang genegeerde doelgroep.

 

 

 

* Heeft u vragen over 'Leven met een psychisch zieke ouder'? Neem vrijblijvend contact op met onze praktijk.

 

 

bottom of page